zondag 21 december 2014
Gevaarlijke slang...
Eerste kampplaats
Muscat by night |
Vandaag op tijd op om de warmte voor te zijn. Michel draagt
onder zijn helm nu ook een soort haarlint dat we gekocht hebben in Indonesië,
want gisteren heeft hij een lichte zonneslag opgelopen. Dat komt er van als je je weelderige haardos afscheert. ;-)
We fietsen de stad uit tussen het drukke verkeer en vanaf
dan gaat het vlotjes. Brede, goed onderhouden wegen die zich een weg banen in
de woestijn. Er is geen fietspad en de auto’s scheren voorbij tegen een hoge
snelheid, maar omdat er niet veel verkeer is, passeren ze ons op het tweede
rijvak. We fietsen de ganse dag tussen de bergen door, wondermooi. Het is
vandaag iets moeilijker om een “coffeeshop" open te vinden, want in een
moslimland sluit alles ’s vrijdags rond het middaguur. Het lukt ons toch en na de
lunch rijden we verder naar het Zuiden.
Het is erg warm en rond 13.30u rusten we wat uit in de
schaduw van een brug en val ik in slaap.
Rond 16.00u houdt de tocht voor vandaag op. Geen hotel in de
buurt, maar we hebben onderweg een plat brood, een potje yoghurt een fles water
en twee appels kunnen vinden en dat volstaat voor vandaag. We verlaten de weg
om onze tent op te stellen op een idyllische plek in de woestijn nog net voor
de zon ons verlaat. Michel is in zijn nopjes, hier is het hem om te doen.
Hier sé |
Weg
van de grote baan, als enige levende wezens genieten we van ons avondmaal en
kruipen we de tent in wat ons allebei een thuisgevoel geeft. En dan… nog een
feuilleton zien op de PC.
donderdag 18 december 2014
Muscat 18.12.2014
Verkenning van Muscat en van de spieren
We nemen een Indisch ontbijt vlak bij het hotel. Ook in deze
buurt wanen we ons in India, maar wij klagen niet, want de mensen zijn even
vriendelijk en we eten heerlijk voor geen geld. We lopen even langs de lokale
markt op zoek naar een licht deken, want onze slaapzakjes zijn te
licht om in de bergen te kamperen. Ik koop ook een tube zonnecrème en dan zijn we gesteld. Ik had dat ook
van thuis kunnen meebrengen, maar buiten de fiets moest ik de bagage beperken
tot 10kg en dan telt elke gram. Gelukkig is in Oman alles te koop.
We maken er een rustige dag van, stoppen aan de souks waar
ik alleen door wandel terwijl Michel fietssit.
Alles hier doet me denken aan Jordanië, maar dan properder en meer ontwikkeld, zowel de mensen als de infrastructuur. Je ziet aan het straatbeeld
dat er hier meer geld circuleert.
Paleis van de Sultan die hier op handen gedragen wordt |
We lunchen onderweg in een lokaal restaurantje: een squid-
en een lamsschotel, allebei met rijst voor 6 euro samen. Het eten is hier net
duur.
Tegen drie uur beseffen we dat we de hellingen vandaag niet
zullen kunnen trotseren om tot aan het strand te geraken waar we wilden
kamperen.
Ofwel moeten we vervoerd worden, ofwel terugdraaien. Ik informeer in
een coffeeshop naar een mogelijke taxi zonder succes. Als we aanstalten maken om
te vertrekken, komen er vier mannen in witte gewaden op ons af. Het is
duidelijk dat zij ons willen helpen. De enige man die een beetje Engels kent
blijkt ook een toerist. Als ik hem vraag van waar hij afkomstig is, zegt hij
‘Jordanië.’ Dat kon niet beter vallen, kan ik laten horen dat ik zijn land een
beetje ken en wat blijkt? Hij kent Mohamads familie, hij woont ook in Wadi Musa. Wat is de wereld toch
klein…
Uiteindelijk draaien we terug en nemen we een kamer in een
betaalbaar hotel (rara… Indisch natuurlijk!) met zicht op de baai. Michel valt
als een blok in slaap terwijl ik van een warme douche geniet. Het was een mooie,
warme, hartelijke dag. Perfect om onze tocht op deze manier in te zetten.
woensdag 17 december 2014
Het vertrek
Brussel, Dubai, Oman
Maandagmorgen 10u beginnen we te pakken voor het vertrek de
volgende dag. Michel haalt de fietsen op, ik breng de laatste voorschriften naar de
apotheek en dan gaat de telefoon. “We hebben een probleem, de bagagedragers
liggen nog in Salet.” Dat wordt even gillen om dan wijs te besluiten om alleen in te pakken
en Michel over en weer te laten rijden naar de andere kant van het land.
Dinsdagmorgen zijn we vroeg op en dat is maar goed ook, want
Jens meldt ons dat er stiptheidsacties bezig zijn in Zaventem. Ter hoogte van
Rumst al een monsterfile tot Machelen (om 9.30u…) dat belooft. De twee mannen
raadplegen alle beschikbare data en we beslissen lang binnenwegen te rijden.
Goeie keuze, ruim op tijd om in te checken. Deze keer hebben we alles gewogen en
we vertrekken met precies 60kg. Vier kg te veel in de bagage, maar 4 over in de
handbagage en de lieve dame accepteert het. De fietsdozen worden goedgekeurd en
vanaf dan gaat alles vanzelf: perfecte vlucht, vlotte organisatie van taxi’s
waar de fietsen in kunnen in Dubai en een betaalbaar hotelletje in de Indische
wijk.
Woensdagmorgen. Aan de ontbijttafel wordt het duidelijk dat
we niet in de chique buurt zitten. Bijna uitsluitend Indiërs en zwarte mensen.
Wij voelen ons hier perfect, maar zijn de enige blanken, ook in het
straatbeeld. Reeds in Zaventem heeft Michel ontdekt dat we de sleutels thuis
vergeten zijn om de fietsen rijklaar te maken, dus gaan we hier op zoek naar een
alternatief in de Carrefour om de hoek. We zullen ook drinkbussen moeten kopen, want die hebben we vorig jaar achtergelaten. Michel knutselt alles weer in elkaar in
de lobby.
De mensen zijn hier zeer vriendelijk. We mogen de fietsdozen
laten staan in het hotel tot we terug zijn van Oman, hoewel we hier niet zullen
kunnen overnachten. Ze zijn volzet in de kerstperiode. Voor we de baan op gaan
gaat Michel nog een tang kopen die hij onderweg nodig zou kunnen hebben en
terwijl ik op hem wacht word ik aangesproken door een jonge pakistaan die niet
begrijpt dat we met de fiets door Oman gaan trekken. Hij is bang dat we slangen
en “zwarte beesten” uit de bergen zullen tegenkomen. Als Michel terug is,
brengt de jonge man ons elk een flesje water, gratis. Het is ondertussen 13.30u en we
eten iets in het “resto” waar de jongen werk. We geraken aan de praat en hij
is blij verrast als hij verneemt dat wij niet hetzelfde geloof delen en
toch samen kunnen leven. Hij schrijft op een afgescheurd stukje papier dat hij als moslim voor vrede is en niets te maken heeft met IS en vraagt ons om deze boodschap de wereld rond te sturen.
Helm op en daar gaan we dan. Zodra we op de fiets zitten met
alle bagage er aan slaken we allebei een vreugdekreet. Hier is het hem om te
doen. Oman, here we come! De bushalte vinden blijkt niet zo eenvoudig in deze
stad en als we de bus bereiken staat de motor al te draaien. Fietsen onderin,
bagage er bij en geen vijf minuten later zijn we op weg.
Onderweg passeren we 5 controles. Ik heb voor de busrit een
lichte lange broek aan gedaan, Michel
draagt een fietsshort en bij de tweede controle vallen ze daar bijna over. Ook een
man hoort geen blote benen te hebben! Aan de grens van Dubai moet alles en
iedereen uit de bus, mensen aan de kant en zakken in het midden op straat voor
de drugshond. Geen Mechelse scheper, maar een lieve oude cocker… Zo grappig dat ik
er een foto van wil nemen, maar dat ziet de douanier niet zitten.
Aan de grens van Oman zijn ze heel vriendelijk. Het visum is
gratis voor drie weken, dat is aardig meegenomen. Michel koopt nog een
sim-kaart en dan rijden we eindelijk Oman binnen. Na een 15tal kms merkt Michel
dat hij zijn paspoort niet meer heeft. HELP, die is blijven liggen in het
winkeltje van de telefoonkaart. Als hij het meldt aan de chauffeur, beslist die
onmiddellijk om terug te keren. Ik weet niet of ze dat bij ons ook zouden doen.
Om 21u bereiken we Muscat en we boeken een kamer in een betaalbaar hotelletje
aan de bushalte. We trekken geld, eten een shoarma en kruipen onder de wol, want
morgen is er enkel nog de fiets. Geen bus, geen taxi, alleen onze benen om te
trappen.
Abonneren op:
Posts (Atom)